4) Afwikkeling claims en procedures

Individuele tegemoetkoming Tweede Wereldoorlog

NS heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog in opdracht van de bezetter treinen gereden. Uit diverse gesprekken met de heer Salo Muller, een overlevende van de Holocaust, is gebleken dat bij de heer Muller, maar ook bij anderen, de wens leeft dat de NS de slachtoffers van de transporten en hun directe nabestaanden niet alleen collectief herdenkt, maar hun leed ook individueel erkent en de vraag naar individuele tegemoetkoming leeft. NS vindt dat niemand gebaat is bij lange juridische procedures. NS heeft de bereidheid uitgesproken om op morele gronden een individuele financiële tegemoetkoming te doen aan de meest direct door haar handelen getroffenen. Daarom is gezamenlijk besloten om af te zien van een juridische procedure over aansprakelijkheid en een commissie in te stellen die de tegemoetkomingsregeling zal uitvoeren. De commissie is in januari 2019 onder voorzitterschap van de heer Job Cohen gestart met als opdracht om op morele gronden over te gaan tot individuele tegemoetkoming aan een nader vast te stellen groep overlevenden en directe nabestaanden.

De Commissie Individuele Tegemoetkoming Slachtoffers WOII Transporten NS heeft op 26 juni 2019 haar advies gepresenteerd. NS neemt dit advies over en heeft per 30 juni 2019 een voorziening getroffen van € 42,5 miljoen voor de verwachte uitkeringen en uitvoeringskosten. De aard van de regeling resulteert in een inherente schattingsonzekerheid, die zowel ziet op het aantal nog overlevenden en directe nabestaanden, alsmede het aanvraagpercentage. 

Chroom 6

Op donderdag 31 januari 2019 heeft het RIVM de resultaten gepresenteerd van het onderzoek Chroom-6 bij het re-integratieproject tROM in Tilburg. In het Tilburgse project tROM werkten tussen 2004 en 2011 uitkeringsgerechtigden aan onder andere NS-treinen en museumtreinen in de toenmalige werkplaats van NedTrain Tilburg. Het RIVM heeft onderzoek uitgevoerd, waaraan NS haar medewerking heeft verleend. Een onafhankelijke commissie heeft aan de hand van de onderzoeksresultaten conclusies getrokken en adviezen geformuleerd. De commissie heeft stevige conclusies getrokken, ook over de rol van NS in het Tilburgse project. De gemeente Tilburg, NS en het Spoorwegmuseum hebben volgens de commissie allemaal ieder voor zich steken laten vallen. Begin februari 2019 hebben partijen bekendgemaakt dat zij gezamenlijk en elk vanuit de eigen verantwoordelijkheid tot een regeling komen. Om op deze manier zo snel mogelijk duidelijkheid te bieden aan de betrokkenen.

NS heeft haar aandeel in de verwachte kosten voorzien per 31 december 2018 van € 5 miljoen.

Verder doet Politie in opdracht van het Openbaar Ministerie op dit moment strafrechtelijk onderzoek, waarbij NedTrain als één van de verdachten is aangemerkt. De uitkomsten van dit onderzoek zijn op dit moment onzeker.

ACM

In het besluit van 6 maart 2015 heeft de ACM geconcludeerd dat NS artikelen 67 en 71 van de Spoorwegwet (“Spw”) heeft overtreden door in het kader van de aanbesteding Limburg geen redelijk aanbod te doen voor wat betreft een aantal voorzieningen.

Op 22 mei 2017 heeft de ACM geoordeeld dat NS in strijd heeft gehandeld met artikel 24 van de Mededingingswet en artikel 102 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. De ACM heeft NS hiervoor een boete opgelegd van € 40,95 miljoen. De ACM stelt, op grond van een normenkader dat zij zelf heeft bepaald, dat de bieding van NS niet aan de interne rendementseis zou voldoen. Deze benadering van de ACM is nieuw en heeft verstrekkende gevolgen voor de spoorsector en toekomstige aanbestedingen en investeringen door NS. Gelet hierop heeft NS bezwaar aangetekend tegen het besluit. NS betwist dat zij een verlieslatend bod zou hebben gedaan bij de aanbesteding van het openbaar vervoer in Limburg. Het bod voldeed ook aan de interne rendementseis. NS is het daarom oneens met het oordeel en onderbouwing van het besluit van de ACM. NS heeft door middel van een bezwaarschrift aan de ACM gevraagd het besluit te heroverwegen. Op 29 maart 2018 heeft de ACM de bezwaren van NS afgewezen. NS heeft beroep ingesteld tegen het besluit op bezwaar. De opgelegde boete is in 2017 voldaan en ten laste gebracht van het resultaat 2017.

De rechtbank Rotterdam heeft op 27 juni 2019 het besluit van de ACM vernietigd. De boete blijft niet in stand en is in juli 2019 teruggestort aan NS en per 30 juni 2019 in het resultaat verwerkt. De ACM heeft hoger beroep aangetekend en een termijn gevraagd om de gronden aan te vullen.

Openbaar Ministerie

Het Openbaar Ministerie (Functioneel Parket s'-Hertogenbosch) is in 2015 een strafrechtelijk onderzoek gestart naar mogelijke strafbare feiten in verband met de aanbesteding voor het openbaar vervoer in Limburg. Het onderzoek is gericht op feiten en omstandigheden rondom een vermeende constructie inzake het bekendmaken van bedrijfsgeheimen. Onder meer de vennootschappen NS Groep N.V., Qbuzz B.V., Abellio Transport Holding B.V. en Abellio Nederland B.V. zijn als verdachte aangemerkt. In februari 2016 heeft de NS Groep N.V. het eind proces-verbaal met betrekking tot het strafrechtelijke onderzoek ontvangen. Het OM heeft nadien NS Groep N.V. gedagvaard. De inhoudelijke behandeling heeft in het tweede deel van 2017 plaatsgevonden. Op 21 december 2017 heeft de Rechtbank Oost-Brabant NS vrijgesproken ten aanzien van twee aan NS ten laste gelegde feiten en is het openbaar ministerie niet-ontvankelijk verklaard ten aanzien van een derde aan NS ten laste gelegd feit.

Het openbaar ministerie heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 21 december 2017. De uitkomst hiervan en welke financiële consequenties dit zal hebben (hoogte eventuele boete, transactie etc.) valt op dit moment dan ook niet betrouwbaar vast te stellen. Als gevolg hiervan is geen voorziening opgenomen.